Ingrediënten
Voor 4 personen
- 200 g Appenzeller®
- 500 g zure appelen (bv. Boskoop)
- 2 el appelazijn
- 2 el suiker
- 4 el water
- Zout, peper uit de molen
- 700 g aardappelen
- 400 g knolselderij
- 1 grote ui
- Gemalen witte peper
- 80 tot 100 g geklaarde boter
Voorbereiding
-
Pel de appelen voor de compote. Snijd ze in kwarten en verwijder het klokhuis. Snijd de partjes in blokjes. Doe de appels, azijn, suiker en 4 eetlepels water in een kookpan en breng aan de kook. Roer af en toe. Draai het vuur laag en laat nog 10 minuten garen tot een compote. Breng de compote op smaak met wat zout en kruid goed met peper. Laat afkoelen.
-
Schil de aardappelen en knolselderij, was en rasp grof. Pel de ui en snijd in kleine blokjes. Meng alles met zout en een beetje peper. Verwarm telkens een beetje geklaarde boter in een grote koekenpan. Leg er kleine hoopjes van het mengsel in om 16 rösti’s te vormen en laat in ongeveer 10 minuten goudgeel bakken. Draai af en toe om. Verwijder de korst van de Appenzeller® en snijd hem in plakken. Verdeel de plakken over de rösti’s kort voor ze gaar zijn, leg het deksel op de pan en laat de kaas ongeveer 2 minuten smelten.
-
Houd de rösti’s warm in de oven. Dresseer op elk bord 4 rösti’s met een beetje pittige appelcompote.
Bon
Appétit
Appétit
